De Kerststal van 2005 |
Fotoreportage |
|
|
De
levensechte kerststal in de Sint-Jan is dit jaar (2005) voor de 28ste keer
opgebouwd. Aan het project werken ruim dertig vrijwilligers. Sjef Moll (54)
is de coördinator. Hij heeft dit jaar de kerststal ontworpen en is uitgegaan
van de eenvoud. Met het thema brood heeft hij inspiratie gehaald uit het
evangelie volgens Johannes. ‘Een jongen met vijf gerstebroden en twee
vissen, maar wat betekent dat voor zo’n aantal?’. Sjef Moll wil dat de
bezoekers hun eigen invulling geven bij de kerststal. ‘Wat de één mooi
vindt, is voor de ander niet bijzonder’.
Het Brood
‘Het Brood’ is dit jaar het thema van de kerststal van de Sint-Jan.
Het kerstverhaal wordt in deze kerststal uitgebeeld in drie
taferelen. Daarbij is in elk tafereel ook iets van het thema terug
te vinden.
|
Thema 1: Een engel bracht de herders in het veld de blijde
boodschap dat Christus is geboren. Daarop gingen ze met hun schapen op weg
naar de stal om het kindje te aanbidden. De herders hebben brood en vissen
bij zich. Dit voedsel verwijst naar een gebeurtenis uit het leven van Jezus:
Bij het meer van Galilea hadden zich zo’n vijfduizend mensen verzameld.
Ze waren gekomen om naar Jezus te luisteren. De dag verstreek maar niemand
ging weg. De leerlingen van Jezus maakten zich zorgen. Het werd al laat en
iedereen moest toch een keer eten. “Er is hier een jongen met vijf broden
en twee vissen”, zei een leerling tegen Jezus. “Maar wat kun je daar mee
voor zo’n groot aantal?” Jezus echter nam de broden en brak ze in stukken.
Hij sprak een dankgebed en liet het brood en de vis uitdelen onder de
mensen. Ze konden eten zoveel ze wilden. Er was genoeg voor iedereen. Op het
laatst waren er zelfs twaalf manden met brood en vis over.
Thema 2:
De
drie koningen volgden een licht, een stralende ster. Die leidde hen naar de
stal van Bethlehem. Daar was een nieuwe koning geboren, ze gaven hem goud,
wierook en mirre. Bij de koningen liggen op de grond witte korrels. Het is
manna. Het verwijst naar een verhaal uit het oude testament:
Mozes trok met
het Joodse volk door de woestijn. Het volk mopperde want er was geen eten.
“Waren we maar in Egypte gebleven. Daar zaten we bij de vleespotten en
konden we voldoende brood eten. Hier komen we om van de honger.” God kwam
het Joodse volk te hulp “ik zal brood laten regelen uit de hemel en tegen de
avond kunnen jullie vlees eten. Dan zullen jullie weten dat ik de heer, uw
god ben”, sprak hij tegen Mozes. ’s Avonds kwamen er kwartels aangevlogen
die neervielen over heel het kamp, en de volgende ochtend lag over de
woestijn een fijn korrelige laag alsof de grond met rijp was bedekt. Het
volk wist niet wat het was. “Dit is manna”, legde Mozes uit. “Dit is het
brood dat de heer u te eten geeft.”
Thema 3:
Bij de kerststal zijn we getuige van het feest van de geboorte. Het is een
feestvol blijdschap en vreugde over dit hoopvol nieuw begin. Elk jaar met
kerstmis herdenken wij de geboorte van Christus, een geboorte met eeuwige
uitstraling. Het kerstkind vinden we er gewikkeld in doeken. Alleen dit keer
niet in een kribbe gevuld met stro maar met korenaren. In letterlijke zin
verwijzen de korenaren naar ons dagelijks voedsel, Brood. Door Jezus krijgt
'Het Brood' nog een andere betekenis als Jezus preekt gebruikt hij geen
moeilijke woorden. Hij kiest voor iedereen begrijpelijke gelijkenissen om
de mensen iets te vertellen over het rijk van god. In diezelfde lijn praat
hij ook over ons thema:
'Ik ben het levende brood dat
uit de hemel is neergedaald. Als iemand van dit brood eet zal hij leven in
eeuwigheid'. Tegen de joden zei Jezus:'Voorwaar, Voorwaar ik zeg u: wie
gelooft heeft eeuwig leven. Ik ben het brood des levens. Uw vaderen die het
manna hebben gegeten in de woestijn zijn niettemin gestorven; maar dit brood
daalt uit de hemel neer opdat wie er van eet niet sterft.'
|
Fotoreportage |
|
|