Buitenhaven
Eind juni 1880 sloot de
gemeente 's-Hertogenbosch een overeenkomst met waterschap De Beneden Dommel.
Hierin verplichtte de gemeente zich om de lozing van de Dommel op de
(Buiten)Dieze te verbeteren. Onder meer zou de watergang tussen de
nieuwgebouwde sluis bij de Vughterpoort en de (Buiten)Dieze verbreed en
verdiept worden. De
gemeenteraad besloot om “aan de gracht achter de haven
vanaf de
|
Dieze
tot aan de brug in de Stationsweg
met de daarlangs gelegene kade de
naam te geven van Buitenhaven”.
Daarmee werd duidelijk de bestemming
van dit laatste gedeelte van de
Stadsdommel aangegeven. Pas vijf
jaar later overigens werd het
Dommelgedeelte langs de Buitenhaven
op dezelfde diepte uitgebaggerd als
de (Buiten)Dieze en de
Zuid-Willemsvaart.
De Buitenhaven strekt zich dus uit
van de Oliemolensingel tot aan de
Wilhelminabrug. De Buitenhaven is
altijd met enkele straatjes
verbonden geweest met de Brede
Haven. In de afgelopen jaren zijn er
enkele van verdwenen het
Steenstraatje, de Hemdsmouw en
Achter den Steenoven. Overgebleven
zijn drie verbindingsstraatjes met
de namen Korte Elleboog, De Vergulde
Truffel en het Waaigat. Bij hoge
waterstanden in de winter werd
vroeger de Binnenhaven afgesloten en
voeren de schepen de Buitenhaven in
om daar te worden gelost of geladen.
Door de hogere kademuur ging dat
hier gemakkelijker dan in de
Binnenhaven. De huizen aan de
Buitenhaven zijn vaak voorzien van
een trapje voor de deur. Dat
herinnert aan de vestingtijd toen de
wal hoger tegen de huizen lag. In de
Buitenhaven lagen vroeger veel
woonschepen. Tegenwoordig meren er
vooral plezierboten aan.
|
|