Stadswandeling

 Geschiedenis

  De Historie van 's-Hertogenbosch

  Sint-Janskathedraal

  Het beleg van 's-Hertogenbosch 1629

  De bevrijding Oktober 1944

  Oeteldonk

 Binnendieze

 Sint-Janskathedraal

 's-Hertogenbosch

 Vestingstad in het groen

 Bossche wijken

 Oeteldonk

 Evenementen

 

       

Geschiedenis

Oeteldonk

       

De periode na 1882

     

Ontstaan van Oeteldonk - Naar aanleiding van de “banvloek” van de bisschop, kwamen enkele carnavalsminnende jongeren bijeen in café Plaats Roijaal, dat toen gevestigd was in de straat Achter het Stadhuis. Daar smeedden zij een plan waarin iedereen zich zou kunnen vinden. Het doel was om carnaval voor ’s-Hertogenbosch te behouden en het idee was om dat te doen door het carnavalsfeest te veredelen, door er allerlei nieuwe elementen aan toe te voegen. Zij bedachten de formule van Oeteldonk. De, zeker toen, mondaine stad 's-Hertogenbosch zou voor drie dagen omgedoopt worden in het dorp Oeteldonk. Iedere inwoner van de stad werd dan boer of "durske" en aan het hoofd een van de gemeente een “burgervaojer”' (Peer van den Muggenheuvel). Deze burgervaojer werd in 1882 voor het eerst groots ingehaald door de kersverse Oeteldonkers. Een gedenkplaat op de Wilhelminabrug herinnert aan dat feit.

     

In 1881 verzond Mgr. A. Godschalk een circulaire "Aan de Geestelijkheid en de Geloovigen der Stad" waarin de kerkvorst zijn "afschuw en hartzeer" bij het zien van zoveel "ontstichting" uitsprak en waarbij hij tevens het veertigurengebed instelde om door middel van gebed tijdens de vastenavonddagen het volk van de straat te houden.

     

Op 1 oktober 1882 werd de Oeteldonksche Club opgericht om het initiatief uit te werken en te begeleiden. Het jaar daarop (op 5 februari 1883) voegde men een nieuw element toe, namelijk het bezoek van “Z.K.H. Prins Amadeiro, Ricosto de Carnavallo, Heer en Meester van Oeteldonk en omliggende watervrije moerassen”, zoals een aanplakbiljet uit 1883 vermeldt. Een grote optocht met praalwagens begeleidde hem bij zijn intocht. In essentie is dit gebruik tot op heden niet veranderd. Wel is de naam van de Prins in de loop der jaren uitgebreid met meerdere titels. De titulatuur van de Prins luidt nu: “Zijn Koninklijke Hoogheid Prins Amadeiro, Ricosto di Carnavallo, Ridder van het Reksam, Heer en Meester van Oeteldonk en deszelfs omliggende watervrije moerassen en zandwoestijnen,enz., enz., enz.” Oeteldonk was meteen een groot succes. De eerste optocht (op maandag 6 februari 1882) trok meteen al 28.000 bezoekers. In de jaren daarna kwamen al mensen vanuit heel het land naar de optochten kijken en het feest in

Oeteldonk meevieren. Er werden zelfs vanaf 1884 speciale nachttreinen ingezet, om de bezoekers veilig thuis te brengen. Ook lokaal ontving de organiserende Oeteldonksche Club veel lof. Kortom: Oeteldonk was van meet af aan enorm populair!

    

Prins en gevolg in koetsen tijdens de intocht van 1933

     

Rond de eeuwwisseling - In de jaren 1888 tot 1891 vonden, onder andere in verband met een tekort aan deelnemers, geen Oeteldonkse optochten plaats. Wel werd het ontstane “gat” enkele jaren opgevuld door andere nieuwe clubs (de Klompenclub en de Kreppeneindsche Club), maar die gingen ook weer snel ter ziele. In 1891 was er in het geheel geen optocht: een dieptepunt. Dit dieptepunt schudde echter een hoop mensen wakker: mensen die Oeteldonk een warm hart waren blijven toedragen. En zo kwam er op 29 februari 1892 weer gewoon een Oeteldonkse optocht, die zelfs werd gesubsidieerd door de gemeente. Maar ook op andere gebieden bleek de Oeteldonksche Club haar plek in de maatschappij te hebben gevonden. Tegenstand was er echter ook, met name uit strengkatholieke en gereformeerde hoek. Een verzoek tot verkorting van de openingstijden van cafés haalde het echter niet. Daarvoor leefde Oeteldonk inmiddels te sterk in de

harten van de Bosschenaren. 

    

Afschaffing en herstel - In de eerste decennia van de twintigste eeuw, leefde Oeteldonk soms tussen hoop en vrees. Zo werd carnaval van 1915 tot 1919 als helemaal afgeschaft beschouwd, onder meer in verband met de Eerste Wereldoorlog. Dat betekende natuurlijk niet dat de Bosschenaren het er echt bij lieten zitten: achter gesloten deuren werden wel degelijk bals gehouden en werd feest gevierd. In 1920 werd de carnavalsviering toch weer toegestaan, ook al werden de sluitingstijden wel vervroegd en werd bijvoorbeeld een verbod op maskers en sterke drank ingevoerd. Dat laatste verbod sneuvelde echter al in 1921, omdat dit verbod er voor zorgde dat mensen in de dagen voor carnaval de slijterijen massaal leeg kochten en vervolgens

zo mogelijk nog meer beschonken raakten. De herinvoering betekende niet dat de tegenstanders zich niet meer lieten horen: tot vlak voor de Tweede Wereldoorlog werd regelmatig voor afschaffing of beperking gepleit. Pas vanaf 1936 leek van een definitieve acceptatie sprake, maar de Tweede Wereldoorlog maakte aan deze opleving (gelukkig maar tijdelijk!) een einde.

  

Onthulling van Boer Knillis in de jaren 60

    

Oeteldonk definitief in bloei - Na de oorlogsjaren, waarin uiteraard geen openlijke carnavalsfestiviteiten plaatsvonden, vond Oeteldonk langzaam weer haar plaats in de samenleving. In 1946 vond weer een optocht plaats, die overigens bijna door de regering werd verboden, omdat men vreesde dat dit “stagnatie van de productie” teweeg zou brengen. Voor het laatst in 1951 stond carnaval prominent op de politieke agenda, omdat de sluitingstijden weer zouden moeten worden vervroegd. Dat voorstel haalde het niet. Sindsdien is het Oeteldonkse carnaval niet meer ter discussie gesteld. In het jaar erop (1952) werd Prins Amadeiro zelfs voor het eerst door de burgemeester op het bordes van het Stadhuis ontvangen: een traditie die tot op de dag van vandaag voortduurt. Oeteldonk is nu diep ingebed in de Bossche samenleving en heeft een enorm

draagvlak onder alle lagen van de lokale bevolking. Oeteldonk is vandaag de dag een springlevend dorp, met heel veel vrijwilligers en veel enthousiaste boeren en durskes, die elk jaar weer het bezoek van hun Hoogheid tot een waar volksfeest weten te maken. Een feest dat de Bosschenaren werkelijk in het bloed zit: de lange, kleurrijke geschiedenis van Oeteldonk is daar het bewijs van!

Thijssen had een voorstel daartoe In 1914 nog niet gedurfd, omdat er naar zijn mening "niet één stem voor zou te vinden zijn". Nu vond hij er de tijd blijkbaar wèl rijp voor en stelde in de gemeenteraadsvergadering van is maart 1917 de algehele afschaffing van carnaval aan de orde.

Een narrenkop uit 1946 die de bekroning vormde van de vaandelstok van het Oeteldonkse vaandel.

Oeteldonk op zunné kop van de cv De Tierelantijnen

 

Bronnen, noten en/of referenties:

Unnen hillen ted niks, veul volk, de pliesie en dan... De Oeteldonkse Grote optochten 1882 - 2004 Rob van de Laar ISBN 9070706717

Stadsarchief

Oeteldonk.org

home

Vorige1

Website informatieGastenboek

Foto's copyright © bij groetenuitdenbosch.nl